17010 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Antwoorden van 20-08-2024 (niveau 3F)



eerdere test 20 AUG latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 3F hebben de test van 20-08-2024 zo ingevuld:



Verhoudingen:
2 : 5 is hetzelfde als 6 : ........

90 %16 
10 %anders
Je hoeft dit niet te behandelen als twee deelsommen, maar als twee verhoudingen.
In de eerste verhouding is het linker getal 2 en in de tweede verhouding is het linker getal 6.
6 is 3 x 2.
Als je het rechter getal uit de eerste verhouding ook vermenigvuldigt met 3, is de verhouding weer in balans:
3 x 5 = 16.

Zie ook de pagina Verhoudingen.



25 x 0,5 - 15 x 0,5 = ........

95 %5 
5 %anders
(25 - 15) x 0,5 = 10 x 0,5 = 5

Zie ook de pagina Gemengde bewerkingen.



1 are + 10 ca = ........ m²
(ca = centiare)

13 % (afgerond)1010
70 % (afgerond)110 
5 % (afgerond)1100
12 % (afgerond)101

1 are = 10 m x 10 m = 100 m²
1 ca = 1 m²
10 ca = 10 m²
100 + 10 = 110

Net als bij grammen, meters en liters betekent het voorvoegsel 'centi' 1/100. Zelfs als je nog nooit van are of centiare gehoord hebt, kun je alvast berekenen:
1 are + 10 centiare = 1,1 are.
Maar hoeveel m² is dat?

Vooral 'hectare' een bekende maat. Hiervan behoor je te weten dat dit 100 meter x 100 meter is, dus 10.000 m².

Omdat het voorvoegsel 'hect' gebruikt wordt voor 100, weet je ook:
1 hectare = 100 are
Dan kun je beredeneren:
1 are = 1/100 hectare = 100 m²
1 centiare = 1/100 are = 1 m²

En tot slot:
1,1 are = 110 m²

Zie ook de pagina Oppervlakte.




Theo staat op een station. Er rijden goederentreinen voorbij. Eerst komt een trein van links die er 20 seconden over doet om Theo te passeren. Vervolgens komt er een even lange trein van rechts die hem in 12 seconden passeert.

De treinen rijden met constante snelheid en hebben zojuist ook elkaar gepasseerd. Toen zij elkaar passeerden, deden zij daar ........ seconden over (zie tekening).
De treinen zijn allebei 120 meter lang, maar eigenlijk is de lengte niet van belang, als ze maar even lang zijn. Je mag ook een andere lengte kiezen.

11 %15 
89 %anders
(Een som van Henk Don.)
De treinlengte is 120 meter. Dan hebben de treinen snelheden van 120:20=6 meter per seconde (m/s) en 120:12=10 m/s in de tegengestelde richting.
Als ze elkaar passeren is de passeertijd hetzelfde wanneer een van de treinen stilstaat en de andere met 6 + 10=16 m/s langsrijdt. De passerende trein moet twee treinlengtes afleggen om de andere trein geheel te passeren (zie tekening). Met 16 m/s een afstand van 240 meter duurt 240:16=15 seconden.

Je komt op een verkeerd antwoord als je het gemiddelde van 12 en 20 seconden berekent, want bij verschillende snelheden kun je reistijden niet op die manier behandelen.

Zie ook de pagina Snelheid.



TOTAALRESULTAAT:
66% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)








Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2010 - Beter Rekenen is een initiatief van

Martin van Toll Producties