Je kunt deze vermenigvuldiging in twee stappen uitrekenen:
eerst 10 x 13 = 130 en dan 5 x 13 = 65.
Tot slot 130 + 65 = 195.

Zie ook de pagina Vermenigvuldigen.

Je hoeft dit niet te behandelen als twee deelsommen, maar als twee verhoudingen.
Als je de getallen aan beide kanten van het deelteken met 2 vermenigvuldigt, blijft de verhouding hetzelfde.

Zie ook de pagina Verhoudingen.

50% is hetzelfde als delen door 2.
12 : 2 = 6

Zie ook de pagina Makkelijke percentages.

De reeks van 1 t/m 38 heeft 19 even getallen. Daarvan doet alleen 2 nu niet mee.
19 - 1 = 18.

Het is in dit geval niet goed om de twee uitersten van elkaar af te trekken en dan door 2 te delen, want 38 - 4 = 34. De helft daarvan is 17 en dat is niet het goede antwoord.

Zie ook de pagina Getallen.