Bij rekenen is het vaak ook een kwestie van goed lezen. Lees daarom de volgende opgave goed en ga dan rekenen.
Een haas weegt 4 kg plus een halve haas.
De haas weegt ........ kg.
(Een som van Ton van der Wösten.)
1 haas weegt 4 kg plus een halve haas.
Verdubbel dit eens. Dan ben je van die breuk af.
2 hazen wegen 8 kg + een hele haas.
Kortweg:
haas + haas = 8 kg + haas
haas = 8 kg
Of:
Noem het gewicht van de haas h.
Dan staat er:
h = 4 kg +

h
h -

h = 4 kg

h = 4 kg
h = 8 kg
Of:

Een hele haas = 2 x een halve haas.
In de opgave staat:
Een hele haas = een halve haas + 4 kg.
Als je die twee regels met elkaar vergelijkt, zie je dat een halve haas 4 kg weegt.
Dan weegt een hele haas 8 kg.
Zie ook de pagina
Vergelijkingen.