De plantsoenendienst plant op een mooie novemberdag bloembollen in enkele stadsparken:
Er zijn 5 rechthoekige perken (elk 2,5 m x 2 m), waarin men per vierkante meter 25 hyacinten plant.
In 10 rechthoekige perken (elk 2 m x 3 m) komen per vierkante meter 60 tulpenbollen.
In 6 vierkante perken (elk 3 m x 3 m) plant men per vierkante meter 40 narcissen.
In totaal stopt men ........ bloembollen in de grond.
(Vul een heel getal in. Gebruik geen spaties en punten in je antwoord.)
6385 anders
(Een som van Jacques Schopman.)
5 perken van 2,5 x 2 m² = 25 m².
25 x 25 = 625 hyacintenbollen.
10 perken van 2 x 3 m² = 60 m².
60 x 60 = 3600 tulpenbollen.
6 perken van 3 x 3 m² = 54 m².
54 x 40 = 2160 narcisbollen.
Totaal 625 + 3600 + 2160 = 6385 bollen.
Zie ook de pagina
Oppervlakte.