Jan schrijft de cijfers 1 t/m 9 op een vel papier. Hij knipt de cijfers los. De negen briefjes met een cijfer erop gaan (opgevouwen) in een bakje.
Francien pakt vier briefjes uit het bakje en zegt: "De cijfers zijn samen 11."
Het laagste cijfer dat nu nog in het bakje zit, is ........ .
4 anders
Het getal 11 kan alleen gemaakt zijn van de cijfers 1, 2, 3 en 5.
1 + 2 + 3 + 5 = 11.
Het laagste cijfer dat nog in het bakje zit, is de 4.
Zie ook de pagina
Optellen.