In het midden van een groot gazon is een vierkant perk met planten. Een zijde van het perk is 6 meter.
De parkwachter legt twee rijen tegels aan de BUITENKANT van het perk (dus waar gras was). De tegels zijn 40 x 40 cm. Zo ontstaat een vierkant van twee rijen tegels om het perk heen.
Hiervoor zijn ........ tegels nodig.

Langs elke zijkant passen 15 tegels naast elkaar. Twee rijen zijn 30 tegels.
Vier zijden met 30 tegels zijn 120 tegels.
Daarna zijn er nog vier tegels nodig op elke hoek.
In totaal 120 + 16 = 136 tegels.
Of:
bij de binnenste rij tegels heb je nodig:
4 x (600 : 40) = 4 x 15 = 60 tegels
60 tegels + 4 hoektegels = 64 tegels.
Bij de tweede rij heb je nodig:
4 x (680 : 40) = 4 x 17 = 68 tegels
68 tegels + 4 hoektegels = 72 tegels.
Samen 64 + 72 = 136.
Of in decimeters:
Het perk gaat van 60 naar
60 + 4 x 4 = 76 decimeter met tegels in het vierkant.
Dat is van 3600 naar 5776 vierkante decimeter.
Dat is 2176 vierkante decimeter meer.
Een tegel is 4 x 4 = 16 vierkante decimeter.
Dat zijn 2176 : 16 = 136 tegels.
Of:
4 horizontale rijen van 15 tegels (even lang als het perk) = 60 tegels.
4 verticale rijen van 19 tegels (even lang als het perk + de vier horizontale rijen)= 76 tegels.
Totaal 136 tegels.
Zie ook de pagina
Lengte.